Intervallen

Intervallen

De 12 halve tonen van een octaaf hebben elk een eigen naam.

Het worden intervallen genoemd omdat hiermee de afstand wordt bedoeld tot de eerste toon.
De eerste toon wordt ook wel grondtoon of Prime genoemd.
De intervallen zijn afgeleid van de 7 toontrappen van de majeur toonladder. De overige 5 intervalnamen zijn hier weer van afgeleid. Dit wordt gedaan door het interval o.a. klein, verminderd of overmatig te noemen.

12 tonen per octaaf

Intervallen

Majeur
7 toontrappen
per octaaf

1 PRIME I
2 KLEINE SECUNDE
3 GROTE SECUNDE II
4 KLEINE TERTS
5 GROTE TERTS III
6 REINE KWART IV
7 VERMINDERDE KWINT
8 REINE KWINT V
9 OVERMATIGE KWINT
10 GROTE SEXT VI
11 KLEINE SEPTIEM
12 GROTE SEPTIEM VII
1 OCTAAF VIII

De bovenstaande tabel is belangrijk als basiskennis voor toonladders en akkoorden.

De toontrappen van de toonladder zijn aangegeven met Romeinse cijfers in de tabel.
In deze tabel wordt  alles met  grote Romeinse letters aangegeven. Het is echter gebruikelijk om zowel kleine als grote letters toe te passen om het verschil in mineur en majeur aan te geven. Dit is voor het begrip even achterwege gelaten.

Voorbeelden
De majeur  ladder gebruikt maar 7 tonen per octaaf. De majeur tonen hebben een naam die verwijzen naar de romeinse cijfers  I t/m VII. Septiem betekent 7 (VII), Sext is 6 (VI) etc.  etc.

De reine kwint is toon     V van de majeur toonladder. Toon V bevindt zich op de achtste halve toonpositie, zie tabel.
De kwint is dus 7 halve tonen hoger dan de grondtoon op 1.

Het octaaf VIII bevindt zich op 12 halve toonafstanden hoger dan  de grondtoon op 1. Het is tevens de Prime (eerste toon) van het volgende octaaf omdat elk octaaf zichzelf steeds weer herhaalt.

Belangrijke intervallen voor akkoorden
In akkoorden komen de volgende intervallen vaak voor:
Terts, Kwint en Septiem.
Hiermee worden de toonafstanden aangegeven vanaf de eerste grondtoon van het akkoord. In de tabel zie je de positie van deze tonen:

  • De grote Terts (III) is 4 halve tonen hoger dan de grondtoon
  • De reine Kwint (V) is 7 halve tonen hoger dan de grond toon
  • De grote Septiem (VII) is 11 halve tonen hoger dan grondtoon

Extra toelichting
Op een gitaar is elke fret verder een halve toon hoger. Ook op een piano is elke toets verder een halve toon hoger. Door vanaf de eerste toon de fretten of toetsen te tellen kan je dus bepalen welke interval je speelt.

pianotoets

gitaar
Elke gitaarfret is een halve toon
Amajeur
12 halve tonen per octaaf (nr.1 tm 12) bevatten 7 majeur toonladdertonen (romeinse cijfers)

De intervallen plus de 12 halve tonen per octaaf zijn afleesbaar op de buitencirkel van de draaischijf bij de Majeur toonladder, zie positie I t/m/ VII.

Naamgeving intervallen bij halve toonsverhoging of -verlaging
Dit is afhankelijk van het interval, zie tabel.

  • Een rein interval verhogen        >  overmatig
  • Een klein interval verhogen      >  groot
  • Een groot interval verlagen      >  klein
  • Een rein interval verlagen         >  verminderd
  • Een  klein interval verlagen      >  verminderd
Naamgeving bij een halve toonsverhoging of -verlaging van een interval
PRIMEN
KWARTEN
KWINTEN
OCTAVEN
SECUNDEN
TERTSEN
SEXTEN
SEPTIEMEN
OVERMATIG         #
OVERMATIG           #
REIN                             – GROOT                       – 
KLEIN                            b  
VERMINDERD      b VERMINDERD         bb

#      =     1 halve toon verhoogd
b      =     1 halve toon verlaagd
bb   =     2 halve tonen verlaagd

Dus primen, kwarten, kwinten en octaven mogen alleen REIN, OVERMATIG of VERMINDERD genoemd worden.

Secunden, tertsen, sexten en septiemen mogen alleen GROOT, KLEIN, OVERMATIG en VERMINDERD genoemd worden.

De naam is afhankelijk van hoeveel halve tonen je verlaagt of verhoogt, zie #, b of bb.

 

volgende pagina